Tijdsparen

Gepubliceerd op 16 januari 2018 om 10:48

In het KB van 9 maart 2017 tot wijzigingen van diverse bepalingen rond het flexwerk in de overheidssector vind je ondermeer de regeling rond het Tijdsparen. Binnen onze organisatie was er reeds een overdrachtsregeling volgens het principe van de rugzak en overdracht.

Tot eind deze maand kun je de dagen van het jaarlijks vakantieverlof 2017 die je, onder de vorm van Tijdsparen, wil opsparen opgeven bij jouw planningsdienst. Deze nieuwe regeling doet geen afbreuk aan de mogelijkheid om jaarlijks vakantieverlof over te dragen, maar komt er bovenop.

Het komt er eigenlijk op neer dat alle vakantiedagen boven het quotum van 24 als Tijdsparen kunnen worden opgespaard :

Wie jonger is dan 45 jaar (recht op 26 vakantiedagen) kan dus jaarlijks maximum 2 dagen opsparen. In het jaar dat je 45 wordt, heb je recht op 27 vakantiedagen : je kan dan jaarlijks maximum 3 dagen opsparen. Vanaf het jaar dat je 50 wordt, heb je recht op 28 vakantiedagen : je kan jaarlijks maximum 4 dagen opsparen.

In het jaar dat je 55 wordt (recht op 29 vakantiedagen) : max. 5d opsparen.

In het jaar dat je 60 wordt (recht op 30 vakantiedagen) : max. 6d opsparen.

In het jaar dat je 62 wordt (recht op 31 vakantiedagen) : max. 7d opsparen.

In het jaar dat je 63 wordt (recht op 32 vakantiedagen) : max. 8d opsparen.

In het jaar dat je 64 wordt (recht op 33 vakantiedagen) : max. 9d opsparen.

Je kan in dit "spaarpotje", wat Tijdsparen heet, tot een maximum van 100 dagen opsparen. Dit opgespaarde verlof zal je niet alleen kunnen opnemen volgens de regels van je gewoon jaarlijks vakantieverlof, maar ook via deze twee onderstaande regels :

- Wanneer een personeelslid wenst een ononderbroken periode van 20 werkdagen opgespaard jaarlijks vakantieverlof op te nemen, geldt een aanvraagtermijn van twee maanden, tenzij de overheid waaronder het personeelslid ressorteert akkoord gaat met een kortere aanvraagperiode. Dit is een recht. Dit kan dus niet worden geweigerd omwille van dienstredenen !

- Wanneer een personeelslid wenst een ononderbroken periode van 20 werkdagen opgespaard jaarlijks vakantieverlof op te nemen in het geval van een ziekenhuisopname van een kind, een vader of moeder van het personeelslid, of een kind, een vader of een moeder van de echtgeno(o)t(e) van het personeelslid, kan dit niet worden geweigerd.