Everberg... de vreemde eend in de bijt

Gepubliceerd op 15 december 2005 om 07:04

De jeugdgevangenis “De Grubbe” is in feite geen gevangenis maar een “Gesloten instelling voor minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd”.

Hoe het begon :

Vóór 1832 werd er in de gevangenissen tussen minderjarigen en volwassenen geen onderscheid gemaakt, ze werden samen opgesloten met alle gevolgen vandien.

Het eerste aparte jeugdgevangeniskwartier voor jongens ziet in België het licht in 1832 in de St. Bernardsgevangenis te Hemiksem.  Het is een experiment dat mislukt.

Begin 1840 wordt in de abdij van St. Hubert de eerste aparte gevangenis voor jongens opgericht.  Dit is het begin van een institutioneel netwerk dat tot vandaag in gebruik is in Mol en Beernem.  Sinds de wet op de kinderbescherming van 1912 worden minderjarige daders van misdrijven niet meer gestraft zoals volwassenen.  Zij plegen geen misdrijven meer, maar een “als misdrijf omschreven feit” en de (penale) straf wordt een heropvoedingmaatregel.

Sinds 1 januari 2000 is artikel 53 van de jeugdbeschermingwet afgeschaft : jongeren mogen niet langer in een gevangenis geplaatst worden, ook niet voor maximum 15 dagen als er geen plaats is in een gesloten opvoedingsinstelling.

Op 16 juli 2001 presenteert de minister van justitie Marc Verwilghen het voorontwerp houdende antwoorden op delinquent gedrag door minderjarigen.  Gebaseerd op het eindverslag van de Commissie tot hervorming van de jeugdbescherming en het verslag van Prof. L. Walgrave i.v.m. herstelbemiddeling.

Het veiligheidsplan heeft de prioriteit de jeugddelinquentie te bestrijden en voorziet dat er in samenwerking met de gemeenschappen, bijkomende plaatsen te voorzien in gesloten en halfopen centra zouden worden gecreëerd voor zwaar recidiverende jonge delinquenten, die de openbare orde ernstig verstoren.

Na veel politiek overleg wordt op 30 januari 2002 beslist om Everberg op te richten.  Op 4 februari 2002 starten de werken en amper vier weken later zijn er tien opvangplaatsen klaar.

1 maart 2002

De wet betreffende de voorlopige plaatsing van minderjarigen die een als misdaad omschreven feit hebben gepleegd.  Ouder dan 14 jaar en jonger dan 18 jaar.

Indien hij meerderjarig zou zijn en hij gestraft zou zijn tot :

-         opsluiten van 5 tot 10 jaar of zwaardere straf,

-         correctionele hoofdgevangenisstraf van een jaar of zwaardere straf indien de jeugdrechtbank tegenover hem een definitieve maatregel heeft genomen als gevolg van een als misdaad omschreven feit dat strafbaar is met dezelfde straf.

Dringende, ernstige en uitzonderlijke omstandigheden m.b.t. de bescherming van de openbare veiligheid.

Bij gebrek aan plaats in Mol…

De jeugdrechtbank doet na vijf dagen haar aanvankelijke beschikking, daarna maandelijks.  Maximum twee maanden en vijf dagen.

Deze wet treedt buiten werking op 31 oktober 2002 indien geen samenwerkingsakkoord tussen de Federale staat, de Duitstalige, de Franstalige en Vlaamse gemeen-schap.  Op 19 juli : goedkeuring samenwerkingsakkoord maar het akkoord wordt opgezegd indien er uiteindelijk op 31 augustus 2004 geen federale wet is. 

Op 31 augustus 2004 is er geen federale wet en het samenwerkingsakkoord wordt verlengd.  Op 31 augustus 2005 is er nog altijd geen federale wet en wordt het samenwerkingsakkoord verlengd.

Wordt vervolgd…

 

Onder gelijken is verdraagzaamheid vanzelfsprekend, automatisch, zonder moeite.  Verdraagzaamheid heeft alleen betekenis, waarde en effect als ze wordt uitgebreid tot de ander.